Microlife PF 200 BT handleiding

143 pagina's
PDF beschikbaar

Handleiding

Je bekijkt pagina 49 van 143
47Microlife PF 200 BT
NL
Selectie van referentie PEF-stoplicht
1. De tweede instelling in het instellingenmenu is de selectie van het referentie-
maximum dat voor het PEF-stoplicht wordt gebruikt. Het scherm toont «PEF»,
«rEF», «SEt», geheugensymbool AN, met «On» of «OFF» knipperend.
2. Er zijn 2 referentiemethoden beschikbaar voor selectie, druk op de geheugenscroll-
knoppen 6 om de selectie te wijzigen:
Selecteer «On»: Het apparaat gebruikt automatisch het hoogste PEF-meetresul-
taat in het geheugen (uw persoonlijke beste PEF) als het PEF-referentie-
maximum voor de stoplichtfunctie.
Selecteer «OFF»: Het apparaat gebruikt de door de gebruiker aangepaste PEF-
ventielinvoer als het PEF-referentiemaximum voor de stoplichtfunctie.
3. Druk op de TIME-knop AS om de selectie te bevestigen en naar het volgende instel-
lingenmenu te gaan. Druk op de O/I-knop 1 om de huidige instelling te behouden
en het instellingenmenu te verlaten.
Instelling van referentiewaarde PEF-stoplicht
Als er een aangepaste PEF-stoplichtreferentie is geselecteerd, kan de aangepaste maxi-
male PEF-waarde worden gewijzigd. Het scherm toont «PEF» en «SE met knippe-
rende PEF-waarde.
Druk op de geheugenscrollknoppen 6 om de PEF-waarde in te stellen die moet worden
gebruikt als referentiemaximum van het PEF-stoplicht.
Druk op de TIME-knop om de selectie te bevestigen en naar het volgende instellingen-
menu te gaan. Druk op de O/I-knop 1 om de huidige instelling te behouden en het
instellingenmenu te verlaten.
Datum en tijd instellen
De laatste instelling in het instellingenmenu is de datum en tijd. De symbolen voor de
datum en tijd knipperen zodat u instellingen kunt aanpassen: eerst het jaar, dan de
maand, dag, uur en minuut.
Druk op de geheugenscrollknoppen 6 om de waarde aan te passen. Druk op de TIME-
knop AS om de waarde te bevestigen en naar de volgende aanpassing te gaan. Druk op
de O/I-knop 1 om de huidige instelling te behouden en het instellingenmenu te verlaten.
5. Voorbereiding meting
Controleer de volgende punten ter voorbereiding van de meting:
Voer de meting uit terwijl u staat of rechtop zit, voor nauwkeurige resultaten.
Controleer of het apparaat is gereinigd of gedesinfecteerd, voor het geval het eerder
door een andere patiënt is gebruikt.
6. Uitvoering meting
Modus van zelfstandige meting
1. Druk op de O/I knop 1 om het apparaat in te schakelen.
2. Bij inschakeling van het apparaat verschijnt het vorige meetresultaat AK op het
scherm (0 indien er geen gegevens zijn). Er klinken dan twee korte pieptonen en de
pijlen AQ knipperen op het scherm. Het scherm zal knipperen om aan te geven dat
het klaar is voor meting.
3. Volg deze stappen om een meting correct uit te voeren.
U kunt de meting uitvoeren terwijl u staat of rechtop zit. Om uw gegevens beter
te kunnen vergelijken, moet u de meting altijd in een vergelijkbare positie
uitvoeren.
Houd het apparaat met beide handen vast aan de twee geribbelde comparti-
menten.
Bedek het mondstuk goed met uw lippen. Zorg ervoor dat de lippen een lucht-
dichte afsluiting vormen rond het mondstuk 5.
OPMERKING: Buig uw nek niet en blokkeer het mondstuk niet met uw tong.
Adem volledig in en houd uw adem even vast.
Blaas zo hard en snel mogelijk in de meetbuis 4.
OPMERKING: Vermijd langzaam en aanhoudend uitademen om een nauw-
keurige meting te verkrijgen.
Het apparaat laat een lange pieptoon horen om aan te geven dat de uitademing
is gemeten; de PEF-waarde wordt 3 seconden lang weergegeven, gevolgd door
de FEV1-waarde AO. Vervolgens laat het apparaat twee korte pieptonen horen
om aan te geven dat het klaar is voor een nieuwe meting.
Herhaal de meting indien nodig. Het wordt aanbevolen om drie of meer metingen
na elkaar uit te voeren.
4. Na elke meting wordt het meetresultaat weergegeven, gevolgd door de hoogste
waarde van uw huidige meetsessie.
5. Druk op de O/I-knop 1 om de meting te beëindigen en de hoogste meetwaarde in
het geheugen van het apparaat op te slaan. Het apparaat geeft de opgeslagen PEF-
en FEV1-waarden weer met het geheugenslotnummer AN.
6. Nadat het meetresultaat is opgeslagen, activeert het apparaat de Bluetooth®-data-
link als de automatische Bluetooth®-activering is ingesteld op «On». Om het appa-
raat uit te zetten zonder gegevensoverdracht via Bluetooth
®
, drukt u opnieuw op de
O/I-knop 1.
7. Maak de meetbuis en het mondstuk schoon na gebruik.
7. Interpretatie van metingen
Zelfevaluatie met behulp van de PEF-stoplichtindicator
De gekleurde balken aan de linkerkant van het scherm geven de PEF-stoplichtindicator
9 weer. Deze bieden een snelle visuele referentie waarin uw PEF-resultaat wordt
vergeleken met een referentiebasiswaarde. Naarmate uw PEF-resultaat stijgt of daalt,
geeft de pijl op het scherm aan of de meting binnen het normale bereik (groen), grens-
bereik (geel) of gevaarlijke bereik (rood) valt.
Groen gebied – OK: Als uw meting in het groene gebied valt, lijkt uw aandoening
onder controle. Ga door met uw behandelplan.
Geel gebied Opgelet: Als uw meting in het gele gebied valt, meet dan vaker en volg
uw behandelplan.
Rood gebied Waarschuwing: Als uw meting in het rode gebied valt, lijkt uw aandoe-
ning ernstig. Handel zoals besproken met uw arts of zoek onmiddellijk medische
hulp.
Basisreferentie van de PEF-stoplichtindicator
Er zijn twee verschillende instellingen van de basisreferentiewaarde beschikbaar voor de
PEF-stoplichtindicator:
Memory (Geheugen): Uw hoogste persoonlijke PEF-resultaat in het geheugen van
het apparaat gebruiken als basislijn voor de gebieden van de stoplichtindicator.
Customized (Aangepast): Stel handmatig een aangepaste PEF-basiswaarde (bijv.
voorspelde referentiewaarde) in op het apparaat of gebruik de compatibele software
voor de gebieden van de stoplichtindicator.
Het groene gebied gaat van de basislijn of voorspelde waarde (MAX) tot 80% van die
waarde. Om het geel/groene grensgebied te bepalen, vermenigvuldigt u de basislijn-
MAX met 0,8 [voorbeeld: 500 l/min x 0,8 = 400 l/min].
Het gele gebied gaat van de basislijn of voorspelde waarde (MAX) tot 60% van die
waarde. Om het geel/rode grensgebied te bepalen, vermenigvuldigt u de basislijn-
MAX met 0,6. [Voorbeeld: 500 l/min x 0,6 = 300 l/min].
Het rode gebied ligt onder 50% van de basislijn of voorspelde waarde.
8. Geheugenfunctie
Tijdens een meetsessie meet het apparaat meerdere uitademingswaarden en registreert
automatisch de hoogste waarde aan het einde van de sessie (bijvoorbeeld: 1 sessie is 1
aan-uitcyclus). Het geheugen van het apparaat slaat 400 meetwaarden op.
De datum en tijd van het apparaat kunnen ook worden ingesteld met behulp van
de software op uw computer of mobiele apparaat.
Bij het uitvoeren van metingen bij kinderen, ouderen en patiënten met een
beperking is toezicht van een volwassene vereist.
De PEF-stoplichtindicator is niet actief wanneer het geheugen geen PEF-
waarden bevat.
Dit apparaat is vooraf ingesteld met een aangepaste basislijn van 500 l/min.
Het instellen van een voorspelde PEF-referentiewaarde, het creëren van een
behandelplan en het wijzigen van de instellingen van uw stoplichtgebieden mag
alleen worden gedaan onder toezicht van een arts (of andere bevoegde
zorgverlener). Wilt u van deze functionaliteit gebruikmaken, bepaal dan samen
met uw arts uw persoonlijke gebieden en noteer deze op de stoplichtkaart
(bijgevoegd).

Bekijk gratis de handleiding van Microlife PF 200 BT, stel vragen en lees de antwoorden op veelvoorkomende problemen, of gebruik onze assistent om sneller informatie in de handleiding te vinden of uitleg te krijgen over specifieke functies.

Productinformatie

MerkMicrolife
ModelPF 200 BT
CategorieNiet gecategoriseerd
TaalNederlands
Grootte22144 MB